Wezenloos staar ik naar buiten,
naar de strakke blauwe lucht.
Vogels hoor ik niet meer fluiten,
moedeloos sla ik een zucht.
Steeds weer dwalen mijn gedachten,
naar wat jou is aangedaan.
Slapeloos zijn vaak de nachten,
hoe moet ik nu verder gaan.
Soms lijkt het of de zon gaat schijnen,
krijg ik weer een beetje moed.
Dat gevoel gaat snel verdwijnen,
maar het doet me dan wel goed.
Het is nog steeds niet te begrijpen,
wat jou toen is aangedaan.
Scherpe randjes zullen slijten,
ik moet er wel mee verder gaan.
In jouw kinderen zie ik steeds vaker,
dingen van herinnering.
De gelijkenis wordt steeds raker,
of is dat soms wat ik graag wil?
Ik weet het niet, kan mij niet schelen,
het doet me elke keer weer vreugd.
Te zien hoe zij op gaan groeien,
in alle eerlijkheid en deugd.
Nog steeds staar ik wezenloos naar buiten,
naar de strakke blauwe lucht.
Toch hoor ik soms een vogel fluiten.
Een groet van jou, zo neem ik aan.
Moet nodig eens naar buiten gaan.

Voor Ellis
Je moeder

*******************************************************************************
Hier zit ik op de dag dat jij jarig zou zijn.
Met immens veel verdriet, missen van jou, pijn.
Van binnen één warboel, onrust en trillen.
Momenten dat ik hard wil gillen.
Waarom, waarom is jou en ons dit aangedaan.
Waarom had jij geen recht op bestaan.
Vandaag gaan we bloemen bij je brengen, mensen die jou niet vergeten.
Ik wil jou dan ook ,speciaal vandaag laten weten.
Je hoort bij mij, je zit in mij.
Voor altijd in mijn hart.
Met al mijn liefde voor jou.

je moeder